Waar let je op bij het opbouwen van een Reformer Pilates les? 5 principes voor een sterke lesopbouw.

Een goede Reformer Pilates les voelt vloeiend, gestructureerd en duidelijk. Deelnemers weten waar ze zijn, voelen zich ondersteund door het apparaat en kunnen stap voor stap met je mee bewegen.

De Reformer is een veelzijdig toestel, maar kan ook zorgen voor onrust of verwarring als je de les niet goed opbouwt. In deze blog deel ik vijf kernprincipes die je als docent helpen om heldere, effectieve Reformer lessen te geven.

1. Kies oefeningen die logisch op elkaar volgen

Rust ontstaat niet alleen door wat je zegt, maar ook door de volgorde van je oefeningen. Kies bijvoorbeeld meerdere oefeningen achter elkaar:

• vanuit dezelfde startpositie (bijv. supine of zittend)

• met dezelfde blikrichting

• met dezelfde weerstand

Zo ontstaat er flow. Deelnemers hoeven niet steeds opnieuw te zoeken naar hun houding, positie of instellingen, en kunnen blijven voelen.

2. Benoem oriëntatie vóór de beweging

Op de Reformer is oriëntatie essentieel. Benoem altijd eerst:

• de blikrichting (bijvoorbeeld je blik is gericht op de footbar)

• de uitgangspositie op het toestel (bijv. liggen op de carriage met hoofd richting voetbar)

• de instellingen (bijv. handen aan de straps, footbar omhoog)

Dit voorkomt verwarring en zorgt voor veiligheid en overzicht, ook als deelnemers weinig ervaring hebben.

3. Begin bij de startpositie

Een rustige les begint bij een rustige start. Geef je deelnemers een heldere uitgangshouding mee voordat je de beweging inzet. Geef niet alleen het commando “ga liggen op het platform”, maar wees concreet:

"Ga liggen op de rug, op het platform, hoofd op de hoofdsteun en je schouders tegen de schoudersteunen, knieën gebogen, voeten op heupbreedte op de footbar. Armen lang naast je lichaam."

Door met aandacht te starten, voelen deelnemers zich direct georiënteerd en veilig. En maken daarna geen onnodige fouten wanneer je de houding uitlegt. Ze hoeven niet te zoeken, en jij hoeft minder bij te sturen.

4. Begeleid zowel het begin als het einde van de oefening

Elke Reformer oefening heeft drie onderdelen:

• de startpositie

• de uitvoering

• het terugkomen

Zorg dat je ook het einde goed begeleidt. Bijvoorbeeld:

"Breng de carriage langzaam terug zonder dat hij de stopper raakt. Buig je knieën en plaats je voeten weer op het standing platform."

Hoe gedetailleerder je bent, hoe duidelijker en rustiger je les voelt. Je begeleiding mag altijd zo gedetailleerd mogelijk zijn: deelnemers zouden jouw les blind moeten kunnen volgen. Een fout die veel docenten maken, is dat er te veel focus ligt op het fysiek voordoen van de houding, waardoor je jezelf niet ontwikkelt in verbale instructies.

5. Werk vanuit een helder systeem

Een goede voorbereiding is het halve werk. Probeer als docent te werken met leerlijnen, vaste principes en duidelijke structuren. Zo wordt lesgeven overzichtelijker en kunnen deelnemers maximale vooruitgang boeken en veilig trainen. Neem dus de tijd om je lessen niet alleen per keer voor te bereiden, maar ook weken vooruit te plannen. Door helder te hebben waar je naartoe werkt, creëer je meer samenhang en verdieping in je lesreeksen.